In Nederland heeft zich in de loop van tijd een (jeugd)zorgsysteem ontwikkeld dat ten doel heeft dat alle betrokkenen (instanties, organisaties en mensen) samenwerken ten behoeve van de – gezonde en veilige - ontwikkeling van het kind. In deze complexe samenwerkingen hebben we hoe dan ook te maken met (spannende) verschillen, die vroeg of laat kunnen leiden tot conflicten en in ieder geval een groot conflictpotentieel in zich dragen. In dit artikel nemen we jullie mee in hoe wij kijken naar dat conflictpotentieel en naar de plaats van conflicten in het huidige (jeugd)zorgsysteem. Ook verkennen we hoe we in dit zorgsysteem omgaan met verschillen. Waar we verschillen productief maken, ze laten floreren en waar we de verschillen onbenut laten of elimineren.
Er bestaat een maatschappelijke behoefte, namelijk dat elk kind de gelegenheid wordt geboden zich te ontwikkelen tot een volwaardig mens. Daarin vinden veel organisaties en zorgprofessionals hun impuls om een bijdrage te leveren. Die bijdrage gaat over samenwerken, samen verschil maken en samen verschillend zijn.
Welk conflictpotentieel, welke conflictprocessen, welke conflictgevolgen bestaan er in het geheel van samenwerkende partijen in die (jeugd)zorg? Een complex geheel van onderlinge relaties en dynamische processen. Hoe bewust worden deze waargenomen en hoe conflictvaardig zijn de betrokken professionals en hun klanten, hoe conflictbestendig is het geheel van samenwerken?
Conflictvaardiger worden“Ik ben er helemaal klaar mee!”, zegt ze tijdens het kennismakingsgesprek. “Met de hele jeugdzorg, ik verwacht niet dat het deze keer anders gaat lopen”. Voor me heb ik een moeder die is doorverwezen door de rechtbank en die hier zit omdat ze samen met de vader van haar kind een mediationtraject moet volgen. Met de nadruk op ‘moet’, deze ouders moeten met elkaar in gesprek. Een hels karwei als je het aan hun vraagt… Want met die ander valt niet te praten!
Bij conflictbehandeling, het beïnvloeden van de werking van conflict kun je onderscheid maken in preventieve en curatieve conflictbehandeling. Bij conflictpreventie gaat het om het tijdig inzetten van maatregelen om destructieve conflicten of de escalatie van conflicten te verhinderen. Curatieve conflictbehandeling wordt ingezet als sprake is van (destructieve) strijd. Zowel curatieve als preventieve conflictbehandeling zijn erop gericht verschillen en hun interactie productief te maken. Voor hun inzet en betekenis is sterk bepalend op welk aspect van een conflict zij gericht zijn.
Het gaat dan om het beïnvloeden van (1) conflictpotentieel: Het kan aan persoonlijke factoren van betrokkenen liggen dat een spanning tot een conflict escaleert. De karakterstructuur, bepaalde gedragspatronen, opvattingen, intenties e.d. Het kan echter ook aan de zakelijke factoren liggen. Bijvoorbeeld een slechte organisatiestructuur, een onduidelijke functieafbakening, onduidelijkheid in werkprocessen e.d. Deze factoren kunnen in de systemische samenhang van de samenwerking conflicten veroorzaken, uitlokken of versterken tussen betrokkenen. Het is tegelijkertijd zo dat deze spanningen niet altijd en bij iedereen tot conflicten leiden. Dat hang nauw samen met de conflictcompetenties van betrokkenen.
Het gaat ook om het beïnvloeden van (2) conflictprocessen: Als samenwerking tussen mensen spannend is kan een keten van verbaal en non-verbaal gedrag ontstaan door actie en reactie of tegenactie. Het conflictproces wordt bepaald door de mate waarin het denk- en voorstellingsvermogen, het waarnemings- en inlevingsvermogen van betrokken vervormd raakt. Bepaalde mechanismen leiden ook tot wederzijds wantrouwen of leiden tot radicalisering van de wilsbepaling. Dit alles leidt tot aaneenschakeling en verstrengeling van het conflictproces en verwarring van mensen en hun samenwerking.
Tenslotte bestaat de mogelijkheid tot beïnvloeden van (3) conflictgevolgen. Het conflict leidt tot materiele of sociale of persoonlijke gevolgen. Iemand voelt zich genegeerd of beledigd. Het resultaat van de samenwerking valt tegen als gevolg van conflict of er is sprake van concrete schade als gevolg van conflict. De manier waarop met conflicten wordt omgegaan heeft ook een werking op volgende conflicten en op de relaties tussen mensen.
Bovenstaande drie benaderingen van conflictbehandeling willen we met jullie verkennen in de drie artikelen, die we de komende weken publiceren. We beginnen met dit eerste artikel, een beeld van het (jeugd)zorgsysteem en onze visie op het conflictpotentieel (dat als vanzelf in deze dienstverlening verankerd zit). Het tweede artikel zal gaan over de conflictprocessen, de constructieve en destructieve dynamiek en hoe we daar mee om (kunnen) gaan en het derde artikel zal gaan over de conflictgevolgen, de kosten en baten van de manier waarop we verschillen en conflicten een plek geven en behandelen.
Het zorgsysteem als dienstverlening
Jeugdzorg maakt deel uit van ons zorgstelsel, dat is vastgelegd in een heel pakket aan wetten en regels. Het is op een bepaalde manier gestructureerd.
Tegelijkertijd en in de basis is zorg een vorm van dienstverlening. Een belangrijk kenmerk daarvan is de samenwerking tussen de zorgvrager/ de ontvanger en de zorgverlener/ de professional. Het aanbod en de acceptatie daarvan leidt tot een afhankelijkheidsrelatie tussen betrokkenen. De hulpverlener kan zijn echte kwaliteit alleen tonen als de klant die accepteert en de voorwaarde daarvoor is dat deze de zorgverlener goed informeert en visa versa. Een dienst is pas een dienst als deze zo wordt ervaren door de ontvanger. Je kunt je voorstellen dat daarin een groot conflictpotentieel schuilgaat.
Centraal staat het scheppen van een context waarin een kind zich voldoende sociaal, fysiek en emotioneel (veilig en passend bij het kind en haar context) kan ontwikkelen tot een volwaardige en volwassen deelnemer in de samenleving. Met dat uitgangspunt, dat doel kan in principe niemand het oneens zijn. Eenieder zou zeggen, als dat is wat je doet ben ik het met je eens. Toch hebben we te maken met veel conflicten bij de invulling hiervan binnen de jeugdhulpverlening. Er zijn verschillende belangen, verschillende behoeftes en verlangens.
Het zorgsysteem en de spelers
Jeugdzorg maakt deel uit van ons zorgstelsel, dat is vastgelegd in een heel pakket aan wetten en regels. Het is op een bepaalde manier gestructureerd.
Tegelijkertijd en in de basis is zorg een vorm van dienstverlening. Een belangrijk kenmerk daarvan is de samenwerking tussen de zorgvrager/ de ontvanger en de zorgverlener/ de professional. Het aanbod en de acceptatie daarvan leidt tot een afhankelijkheidsrelatie tussen betrokkenen. De hulpverlener kan zijn echte kwaliteit alleen tonen als de klant die accepteert en de voorwaarde daarvoor is dat deze de zorgverlener goed informeert en visa versa. Een dienst is pas een dienst als deze zo wordt ervaren door de ontvanger. Je kunt je voorstellen dat daarin een groot conflictpotentieel schuilgaat.
Centraal staat het scheppen van een context waarin een kind zich voldoende sociaal, fysiek en emotioneel (veilig en passend bij het kind en haar context) kan ontwikkelen tot een volwaardige en volwassen deelnemer in de samenleving. Met dat uitgangspunt, dat doel kan in principe niemand het oneens zijn. Eenieder zou zeggen, als dat is wat je doet ben ik het met je eens. Toch hebben we te maken met veel conflicten bij de invulling hiervan binnen de jeugdhulpverlening. Er zijn verschillende belangen, verschillende behoeftes en verlangens.
In een beeld gevangen ziet dat er zo uit:
“Samen hebben deze ouders een zoon van 5 jaar die sinds een paar maanden bij moeder uit huis is gehaald en bij vader is gaan wonen, onder toezicht van een gezinsvoogd.
Er is een beperkte omgangsregeling met moeder. Om het weekend slaapt hun zoon een nacht bij haar. Deze ouders zitten in een complexe scheiding. Moeder heeft uit een eerder huwelijk nog drie kinderen, ondertussen tieners, twee van de drie ook uit huis geplaatst geweest maar al een tijdje terug bij moeder. Deze moeder kent ‘de klappen van de zweep’.
Een ouder in een hoogconflictscheiding voelt zich vaak extra in het oog gehouden, heeft het gevoel geen fouten te mogen maken. Lastig of moeilijk gedrag van opgroeiende kinderen wordt door de omgeving snel verklaard vanuit de complexe scheiding. Dit maakt ouders in trajecten zoals deze vaak op hun hoede, direct vanaf de start.
Een belangrijke vraag is of de bedoeling van de jeugdzorg de juiste vertaling vindt in de regels en structuur en of dat de manier waarop we de zorg vormgeven (en met elkaar samenwerken) in lijn is met de bedoeling en de regels.
Bij elk van de spelers is onderscheid te maken naar:
Het kan aan de persoonlijke factoren van de betrokkenen liggen dat een spanning tot een conflict escaleert: de karakterstructuur, bepaalde gedragsgewoonten, opvattingen, intenties enzovoort. Het kan aan zakelijke factoren liggen: de gebrekkige organisatiestructuur, een ontoereikende functieafbakening, problemen met bedrijfsprocessen enzovoort.
Het vormt een geheel van spannende relaties en dynamische processen, op individueel en op collectief niveau. Daarin ontwikkelen zich dikwijls onbewust en ongewild destructieve conflicten, er is vaak geen plek en aandacht voor die conflicten. Daarmee wordt het risico op destructieve conflicten groot/ groter.
Omgaan met spanning vraagt een bepaalde presentie, bewustzijn en volwassenheid. Spanning en veiligheid hangen met elkaar samen. Onze hersenen maken geen onderscheid tussen fysieke en sociale veiligheid. Afhankelijk van ons bewustzijn en competenties geven we antwoord op situaties die we aantreffen. Dezelfde situatie – een conflictpotentieel – leidt niet bij iedereen tot (hetzelfde) conflictgedrag en dynamiek.
Bij conflicten zie je dat mensen (nog meer dan anders) proberen hun kwetsbaarheid te bedekken. Los van de verschillen van mensen (de ene persoon is nou eenmaal kwetsbaarder dan de andere) kun je ook te maken hebben met schaamte, onveiligheid of andere spanningen die kwetsbaarheid tonen extra moeilijk maken. Ons (jeugd)zorgsysteem en haar professional heeft als taak deze dynamiek bespreekbaar te maken op een manier die voor alle partijen acceptabel is en veilig voelt, het spannende gesprek voeren.
Conflictpotentieel in de Jeugdzorg:
De uitdaging is in horizontale gelijkwaardige relaties de verschillen optimaal werkend te maken, zin te geven, waarde te creëren, positieve wederkerigheid te krijgen, verschillen te laten renderen en floreren. Niet als doel op zichzelf, maar als impuls op de behoefte van de samenleving (en het doel) om kinderen de mogelijkheid te bieden zich sociaal, fysiek, mentaal en emotioneel tot volwaardig mens te ontwikkelen.
Bedoeling:
Ons volgende artikel gaat over de conflictprocessen.
Auteurs Bas Belleman en Lieneke Witloks
Ben je onderdeel van ons (jeugd)zorgsysteem en zou je meer willen leren over conflictpotentieel? Meld je dan aan voor onze compacte basisopleiding die in het thema staat van “Omgaan met verschillen”.
Je leert onder andere;
Vragen die je jezelf kunt stellen:
De opleiding is een open inschrijving en op basis van hybride leren: een module als e-learning gevolgd door een klassikale praktijkdag.
Omgaan met verschillen (basisopleiding conflictvaardigheid)Wil je meer weten over ons opleidingsinstituut of wil je graag aanvullende informatie over de opleidingen? Met onze ervaring, aanpak gericht op persoonlijke ontwikkeling en unieke visie op conflicten hebben we altijd een opleiding of leertraject die aansluit bij jouw leervraag.